maandag - 25/09/1916

6° schrift, p.549-550
6° schrift, p.551-552
Afbeeldingen

ERRATUM

Een foutieve dagaanduiding in het manuscript werd overgenomen in de eerste druk van het boek. "24 september, maandag" moet zijn "25 september, maandag"

1. Gisteren werd een Australiër door de kop geschoten

Als de opmerking van Achiel Van Walleghem klopt gaat het om een unieke getuigenis van  een standrechterlijke executie. Immers, officieel konden er geen soldaten van de Australian Imperial Force worden geëxecuteerd.

Alle landen van het huidige Britse Gemenebest volgden rigoureus de disciplinaire voorschriften van de Britse Army Act (Krijgswet). Australië echter week daarvan af omdat - volgens de Officiële Oorlogsgeschiedenis van Australië - de regering in Sidney van oordeel was dat het voltrekken van de doodstraf bij militairen die als vrijwilliger aan de andere kant van de wereld gingen strijden, niet strookte met de rechtvaardigheidszin van het Australische volk. Haig drong er nochtans diverse keren op aan in 1916 en 1917 om de hoge desertiegraad en de (volgens hem) mindere discipline van het Australische leger aan te pakken door het toepassen van de doodstraf. Maar de Australische overheid bleef onverzettelijk. Doodstraffen voor Australiërs werden wel uitgesproken maar niet voltrokken.

Talrijke andere Britse soldaten zijn er in die periode wel geëxecuteerd wegens desertie

2. de Eikhoek

Dit is een gehucht langs de N321 ten zuiden van West-Vleteren, tijdens de oorlog beter bekend als International Corner omdat het op de scheidingslijn lag van de Britse en Franse zone. Meer over de Eikhoek is hier te vinden.

Foto 1: een Britse loopgravenkaart met links onderaan International Corner

Foto 2: de aanduiding International Corner bleef nog decennialang zichtbaar op een blinde gevel.

3. In de ontvangstplaats ligt een boek waarin de bezoekers hun naam schrijven

Het boek waarnaar Van Walleghem verwijst is het “Gulden Boek der Handteekeningen”. Sinds september 1914 passeerden of verbleven honderden vluchtelingen in de Sint-Sixtusabdij, en vanaf 7 november 1914 bivakkeerden Franse soldaten in en rond de abdij. Blijkbaar is toen iemand op het idee gekomen om in de gastenzaal van het gastenhuis een ‘gulden boek’ open te leggen en vluchtelingen en militairen de gelegenheid te geven daarin hun naam, plaats van herkomst, militaire eenheid en functie, handtekening en datum te noteren. Tussen 12 november 1914 en 28 december 1918 hebben 3989 mannen dit boek getekend. Enkel mannen, geen vrouwen: de toegang tot het gastenhuis was aan vrouwen ontzegd, ook in oorlogstijd.                                                                                                        Ook een aantal hoge gasten tekende het Gulden Boek, onder wie de Belgische vorsten Albert en Elisabeth (26 juni 1917) en de koning van het Verenigd Koninkrijk, George V (6 juli 1917), ter gelegenheid van zijn bezoek aan de Britse troepen en aan zijn zoon, prins Edward, gelegerd in de abdij. Naast het Gulden Boek lag – op last van de hoofdaalmoezenier van het Belgisch leger - in de sacristie van de kerk een schrift waarin aalmoezeniers en brancardiers die in de abdijkerk ‘de mis lazen’ hun naam moesten noteren.

Meer informatie over de abijd tijdens de Eerste Wereldoorlog en enkele scans van het Gulden Boek vind je hier.

Foto 3: het wapenschild van de abdij Sint-Sixtus

4. Kaas

In die tijd werd in de abdij nog niet het trappistenbier gebrouwen dat later de abdij zo beroemd zou maken. Terwijl veel andere trappistenabdijen nu nog hun kaas maken, is dat bij Sint-Sixtus niet langer het geval.

5. Toch lees ik in het naamboek van de bezoekers … tot eeuwige schande van de ondankbaren

In haar licentiaatsthesis Geloof onder vuur? Sint-Sixtus, een abdij en haar inwoners tijdens de Eerste Wereldoorlog in onbezet België uit 2006 schrijft Hermien Vanbeveren daarover dat zij in het Gulden Boek geen sporen van ‘laster’ heeft teruggevonden. Zij besluit dat een verontwaardigde monnik ze moet hebben gewist.

Voor meer toelichting, zie p. 74 van haar scriptie.